Smelt 60 g boter en klop in een kom met een garde de eieren met de melk en de gesmolten boter. Meng in een andere kom de bloem met het zout. Maak een kuiltje in het midden. Giet er al kloppend geleidelijk het eimengsel in. Klop totdat alles goed gemengd is. Laat het beslag even rusten.
Bak de crêpes met de resterende boter in de koekenpan. Gebruik een beetje beslag per keer en draai om als de rand van de crêpe krimpt. Laat dan nog 1 min bakken. Houdt de crêpes warm.
Appels
Schil de appels en snijdt ze in blokjes. En meng met de gewassen rozijnen, honig en kaneel
Roerbak met een klontje boter tot de appels goudgeel zijn.
Gezouten karamel
Verwarm de slagroom tot lauwwarm.
Strooi de suiker met een weinig water in een gelijkmatige laag in een koekenpan. Verhit, zonder te roeren, op matig vuur tot een goudgele karamel ontstaat. Giet er de lauwe slagroom bij. Laat onder voortdurend roeren ca. 2 min sudderen.
Neem de pan van het vuur en roer er de gezouten boter door.
Serveren:
Schik een crêpe op elk bord. Schep wat gekarameliseerde appel in het midden van de crêpe. Vorm de crêpe tot een beursje. Maak het beursje dicht met een stukje lint.
Giet de gezouten karamel er omheen. Serveer direct.